Seniorenverhuizing IJsselstein

Een seniorenverhuizing in IJsselstein van groot naar klein… Er komt wellicht een moment dat u de beslissing neemt om kleiner te gaan wonen en te verhuizen naar een appartement, een aanleunwoning, een seniorenflat of een zorgkamer/zorgflat in IJsselstein. Dat is een beslissing die behoorlijk ingrijpend kan zijn, omdat u het huis waar u jarenlang hebt gewoond gaat verlaten. Wij begrijpen heel goed dat het emotioneel kan zijn om te verhuizen en daarom zorgen wij ervoor dat de verhuizing altijd op uw tempo en volgens uw wensen verloopt.

Wij kunnen de verhuizing bijvoorbeeld verspreiden over meerdere dagen en houden er rekening mee dat u uw spullen vooraf het liefst zelf nog even door uw handen laat gaan. Wat uw wensen ook zijn… wij regelen een verhuizing op maat en wij nemen uw zorg uit handen.

Groene Hart Woningontruiming helpt u graag bij een seniorenverhuizing door uw spullen eventueel in te pakken, uw meubels uit elkaar te halen, uw nieuwe woonruimte in te richten én uw oude woonruimte leeg te halen of te ontruimen.

seniorenverhuizing               seniorenverhuizing op hoogte

Hoe werken wij?

Wij maken altijd eerst een afspraak om uw woning te komen bezichtigen en zo een goed beeld te krijgen van uw wensen. Na de afspraak ontvangt u een offerte en wanneer u hiermee akkoord gaat, plannen wij zo snel mogelijk de verhuisdatum in, zodat u weet waar u aan toe bent.

Heeft u interesse in onze diensten? Vraag dan vrijblijvend een offerte aan.

inboedel-verwijderen-voor-seniorenverhuizing     inboedel-verwijderen-na-seniorenverhuizing woningontruiming-de-bilt-voor-seniorenverhuizing     woningontruiming-de-bilt-na-seniorenverhuizing

IJsselstein

IJsselstein ontstond als nederzetting in de buurt van kasteel IJsselstein, dat in 1279 voor het eerst wordt genoemd, toen het in het bezit kwam van Gijsbrecht van Amstel, die zich later ook Gijsbrecht van IJsselstein ging noemen.

Vermoedelijk in 1310 kreeg het dorp stadsrechten. 1310 was een belangrijk jaar voor IJsselstein. Er is een akte voor de wijding van de Nicolaaskerk, een huwelijksakte van Maria van Henegouwen en Arnoud van Amstel en een akte uit dat jaar waarin toestemming wordt verleend voortaan drie jaarmarkten te mogen houden. De stad IJsselstein is dan officieel een feit. Omstreeks 1390 werd het ommuurd, mogelijk voor de tweede keer. In 1418 werd het verwoest door Jacoba van Beieren op verzoek van de Utrechters en in 1466 door bendes uit Gelderland. Bij de wederopbouw na 1466 werd een gebied ommuurd dat maar ongeveer half zo groot was als daarvoor: het gebied gevormd door de huidige wijk Nieuwpoort viel erbuiten. Na een aanval van jonker Floris van IJsselstein op de stad Utrecht volgde er in 1482 een beleg van IJsselstein door de Utrechters, en in 1511 nog eens opnieuw.[1]

In 1551 kwam IJsselstein in het bezit van Willem van Oranje als gevolg van diens huwelijk met Anna van Egmond en Buren.

Willem en zijn opvolgers, de Prinsen van Oranje, besteedden niet veel aandacht aan hun kleine feodale bezit, maar onder de Friesche Nassaus die de baronie na de dood van de kinderloze Willem III erfden werd IJsselstein in 18de eeuw een klein belastingparadijs. In de Republiek bestonden in de 18de eeuw naast de zeven gewesten een aantal zelfstandige ministaatjes. IJsselstein was er daar één van. In tegenstelling tot andere vrijplaatsen gebruikte de baronie haar autonomie veel minder om asiel te verlenen aan criminelen, maar vormde ze zich om tot een belastingparadijs dat rijke inwoners uit de hele Republiek trok. Vooral renteniers werden door de belastingtarieven aangetrokken. Voor failliet gegane ondernemers en particulieren was IJsselstein minder aantrekkelijk. Het stadje koos voor een respectabele positie.

Maria Louise van Hessen-Kassel, de regentes voor Willem IV liet in IJsselstein openbare werken verrichten. Er kwamen riolen en een Latijnse School. Voor de kinderen van de rijke ingezetenen was er een schermleraar.

Omdat het centrale gezag in de Republiek der Verenigde Nederlanden zwak was en de positie van de stadhouders sterk was maakte pas de Bataafse Revolutie aan het eind van de 18e eeuw een einde aan de uitzonderingspositie van IJsselstein en de andere enclaves. De verloren autonomie op fiscaal gebied veroorzaakte daarop grote economische achteruitgang.[2]

De indertijd hoge algemene belastingen werden toen ook in IJsselstein ingevoerd. Een groot deel van de renteniers verliet daarom de baronie. Bovendien werden andere economische pijlers, het verbouwen van hennep voor de touwfabricage aangetast door het Napoleontische Continentaal Stelsel, dat de Fransen in 1806 invoerden en dat de handel tussen het Europese continent en Groot-Brittannië verbood. IJsselstein ging in de 19e eeuw een tijd van grote armoede tegemoet. Pas na de Tweede Wereldoorlog kwam IJsselstein, nu als forensengemeente, weer tot bloei.

Een vrijblijvende offerte opvragen?